• But the fire E:N:E: from us remained burning all night. We discovered that for as long as we had been at anchor here the current had run south and estimated this at about 10 miles every 24 hours. We have had the wind here every day at mostly E:N:E: and S:S:W: with very fine weather.

    Maer het vier dat O:N:O: van ons wat worde geschooten en bleef des geheelen nacht in brandt wij bevonden dat den stroom soolanck als wij hier ten ancker hebben gelegen omden Z: te loopen ende dat tegen 10 mijl int etmael naer gissingh hebben alle dagen den wint alhier O:N:O en Z:Z:W meest gehadt met seer moij weder

  • Monday 11 ditto

    In the morning at sunrise we saw our boat returning from the land in the east where the sea was rough and where a small island lay 11/2 miles from the shore and a reef which extends north with very rough sea in between and 21/2 miles long along the coast 3/4 miles from the beach on the latitude of 30 degrees and 25 miles as I found, and the miscalculation 8 degrees 25 minutes north-westerly. Got our boat on board again at 10 o'clock in the evening. They told us that they had been to 3 houses, and 5 extraordinary persons of a very large build had beckoned them to approach them and, putting their hands under their heads, mimed an invitation to sleep but they, not being stupid enough to put themselves in the hands of such savage people of which we have had good examples returned to their boat and when they were in their boat they signaled with their lantern and flag that they should come to them but they were very timorous and they could not get them to their boat. When it grew dark they left them and they rested in their boat all night. On land they found many thickets and in some places also cultivated land, which had been burned off, in some places arable or cultivated land, but they saw no fruit except some herbs which had a fragrant scent; saw nothing more of fresh water or trees going inland, but many sand dunes after having walked along the beach as well as inland for 3 miles, but saw many fires burning;

    Maendach 11 ditto

    des morgens met zonopganck zagen onse boot weder van het landt koomen in het oosten alwaer het slecht water war en een eilandecken lagh daer van lant 1/2 mijl buijten den wal en een hist dat omden noord streckte alwaer tussen beijde seer slecht water was en lanck 2 1/2 mijl lanchs de wal 3/4 mijl van strant of seijl op den Z: breete van 30 g:r en 25 m:ten soo ick bevondt ende de miswijsingh 8 g:r 40 minuten N: westeringh hebben onsen boot des naermiddach ten 10 uren aen boort gekregen verhaelde ons darfe bij 3 huijsen waeren geweest en 5 persoonen van aensien, en seer groot van postuur waren wercke[lijck] ons datmen naer haer toe soude coomen als medelijde de handt onder hare hooft tot teijcken om te slapen maer wij niet slecht zijnde, ons in handen van soodanigh wilt volck te begeven waer wij goede exempels van hebben gehadt sijn weder naar onse boodt gekeert en doen wij in onse boot waren quamen sij op strandt wij deeden een tijcken met onse lantaren en vlagge dat sij bij ons soude coomen maer sij seer schroomachtigh waren konden haer niet bij onse boot krijgen zijn met den doncker van ons vertrocken en wij des geheele nacht in onse boot gerust naer het afcorten vande wal wij hebben aen landt veel kreupel bos gevonden op eenige plaetsen mede zaijlandt dat sij afbranden op eenige plaetsen bou landt oft zaijland edoch geenige fruijten, gesien als eenige kruijden dat fraij roock hadden sonder iets meer te sien van vers water oft boomen landt waert maer veel sandt duijnen naerdat wij soo 3 mijlen soo langs strant als int landt hebben gegaen maer sagen snachts veel vieren aensteeken hebben gans