we could; and we look to the Almighty that he will be merciful enough to us to grant us a falling of the surf in order that we shall be able to lower the gig and the longboat to take our crew to one of the islands mentioned and to pray to the Almighty for further succour. In the afternoon, evening and early night, the wind SW by W, stiff reefed topsail breeze
de zelve als wij eenigsints konden en verwagten in desen van den almogenden dat die ons zoo genadig gelieve te sijn om ons verminderingh van branding te vergunnen opdat wij ons bood en schuijt uijt mogen krijgen om met deselve ons volk op een van de voornoemde eijlanden te brengen en daar verder uijt=komst van den almogende af te smeken na de midd: tsavonds en in de voornaght de wint Z.W. t. W. stijve gereefe marz: c:o
Wednesday the 11th
[rest of page]: In the late night, morning and forenoon, the wind SW by W, reefed topsail breeze with some decrease of the surf. It was decided to lower the gig if possible and then to see if the longboat could also be lowered and taken across the reef; but while lowering the gig the foremost of our sheers broke so that the gig fell into the sea head first and filled with water, through which a seaman named Jan Murs perished. The other 2 who were in the gig with him got back on board safely with God's help and the gig remained afloat full of water. She remained lying astern of the ship, but we could not haul her alongside through the heavy surf so that we had to let her run out on a line outside the surf and further hope for the favour of the Almighty, for all human effort seems to be vain. In the afternoon, evening and
Woensdag den 11:e
setten de schuit overboort en - verongelugt een persoon met deselve
[rest of page]: In de nanaght smorgens en voor de midd: de wint Z.W. t. W. gereefde marz: c:o met eenige vermindering van brandingh werd geresolveert om soo het doenl: was de schuijt uit te zetten en dan te sien of wij de bood mede overboord konde krijgen en over 't rif te brengen maar met uijt setten van de schuijt zoo brak onse voorste bok waer voor de schuijt voor in 't water viel en met een stortingh vol water was waer ook een matroos gen:t Jan Mus verongelukte de 2 andere die door mede in waren kregen wij door gods hulp weder binnenboort en de schuijt bleef vol water leggen behielden deselve nogh agter het ship leggen maer konden de selve door de sware brandingh niet op zij halen zoo dat wij deselve met een tros moesten agter het wrak binnen de swarte branding vieren en verwagten voorts den almogenden zijn genadige gunst want alle menschlijke hulpe scheen vergeests [vergeefst] te zijn na de midd: tsavonts en in